Sinterklaas en de Kerstman: een ‘goed’ verhaal
Het verhaal van Sint Nicolaas
Sint Nicolaas wordt in Nederland en België Sinterklaas genoemd. Wie was die goede 'Sint' eigenlijk? Sint Nicolaas is geboren in het jaar 270 te Patara - Lycië in het Oost-Romeinse rijk, dat nu in Antalya te Turkije ligt. Toen hij negentien jaar was, werd hij priester. Hij overleed op 6 december 342. In Nederland en België wordt beweerd dat Sinterklaas uit Spanje komt. Dit is waarschijnlijk doordat zijn geraamte eeuwen later na zijn dood is overgeplaatst naar Italië. Deze plek was lang in Spaanse handen. In veel andere landen in Europa wordt het kinderfeest van Sint-Nicolaas ook gevierd, maar de invulling van de folklore varieert per land en streek.
Sint Nicolaas was een bisschop en zorgde voor vele wonderen. Hij hielp mensen om te overleven als ze arm waren. Dit deed hij door eten en edelstenen in de huizen te gooien. Omdat Sint Nicolaas tijdens zijn leven voor veel wonderen heeft gezorgd, is hij heilig verklaard door de Rooms-katholieke kerk. In de 13e eeuw werd zijn naamdag vastgesteld op 6 december. Op 5 december vieren mensen zijn dus zijn 'verjaardag' om de goede man te herdenken. Hij krijgt dan geen cadeautjes, maar, zoals een goedheiligman betaamd geeft hij ze weg. Doordat de Sint heilig was verklaard gingen er vele legenden rond. Aan het volgende verhaal zijn er veel tradities overgehouden, zoals het snoep strooien en het onverwachte geven, ook komen hier de gouden chocolade munten vandaan.
Een edelman uit Myra was zo arm dat hij voor zijn drie dochters geen bruidsschat meer kon betalen. En waar geen bruidsschat is, daar zijn geen mannen om mee te trouwen. De meisjes dreigden ongehuwd te blijven en erger: voor hun onderhoud zouden de meisjes op prostitutie aangewezen zijn. Toen besloot bisschop Nicolaas in te grijpen. 's Nachts ging hij, samen met het licht van de maan, naar het huis van de arme meisjes. Meerdere keren gooide hij geldstukken naar binnen totdat er geld genoeg was voor een bruidsschat voor de drie meisjes.
In de oudheid was de god Wodan een soort van Sinterklaas. Wodan werd door de katholieke kerk ‘getransformeerd’ tot Sinterklaas. Dit, doordat de kerk van Rome het beeld van Wodan niet bij de gelovigen uit het hoofd kon krijgen. De kerk wist de beeldvorming om te keren door Wodan een 'facelift' te geven: met een bisschopsmantel over zijn behaarde huid en een mijter op zijn hoofd. In plaats van een bliksemschicht kreeg de vervanger van Wodan een staf met een kromming aan de bovenkant. Het zwarte paard werd een schimmel. Zijn naam werd Sinterklaas en hij werd uitgeroepen tot kindervriend. Bij een Sinterklaas lopen altijd pieten. Over het ontstaan van de pieten is geen duidelijkheid. Maar waarschijnlijk is het een Ethiopische wees die als dank bij de Sint is gebleven. De mijter is waarschijnlijk ontstaan uit een Oosterse hoofdbedekking "een Frygische muts" die normaal alleen door de paus gedragen wordt. Sinterklaas loopt altijd ’s nachts over het dak. Dit is omdat de hij niet gezien wil worden. Zo kan hij met zijn medewerker Piet alle cadeautjes door de schoorstenen gooien.
Het verhaal van de Kerstman
De Amerikaanse Kerstman is eigenlijk hetzelfde als Sinterklaas in West-Europa. De Kerstman heeft het zelfde karakter als Sinterklaas. Alleen is hij nu een goedlachse oude elf die zich voort beweegt op een slee die getrokken wordt door acht rendieren. Deze slee zit vol met cadeautjes, zoals bijvoorbeeld speelgoed. ‘Santa Claus’ heeft ook net als Sinterklaas een zak vol cadeautjes. Hij glijdt met zijn slee door de lucht van schoorsteen naar schoorsteen. Door de schoorsteen daalt hij naar beneden om de opgehangen sokken van de kinderen te vullen. In Scandinavië is er een soortgelijk persoon: de Joelman. Deze gebruikt ook een slee met rendieren ervoor. Hij brengt vruchtbaarheid en geschenken rond.
Santa Claus is in 1626 in de Verenigde Staten ontstaan toen daar een Nederlands schip aankwam met als boegbeeld ‘Sinter Claes’. Dat is omdat omdat Nicolaas de schutspatroon van de zeevaarders is. De opvarenden wilden een kolonie stichtten, deze kolonie werd Nieuw-Amsterdam: wat nu New York is. De zeelieden brachten de Nederlandse gebruiken mee en zo werd een gul karakter geïntroduceerd in 'de nieuwe wereld'.
De Kerstman werd eerst gepresenteerd als een eng persoon, maar gelukkig werd hij in de loop van de tijd steeds vriendelijker. Door Coca-Cola is de Kerstman pas echt veranderd in een lieve en aardige man. Coca-Cola wilde in 1931 het zoete drankje meer aan kinderen verkopen. Vanwege de wet mochten er geen reclamebeelden worden gemaakt met kinderen erin. In opdracht van Coca-Cola heeft Haddon Sundblom een vriendelijke Kerstman gevisualiseerd. Hij tekende een vrolijke man in het bekende helder rode pak en de witte bontkraag. De acht rendieren van de Kerstman kregen in 1822 allemaal een naam: Blitzen, Comet, Cupid, Dancer, Dasher, Donner, Prancer en Vixen. Bij de rendieren denkt men meteen aan Rudolf the red nose rendier van het bekende liedje. Deze Rudolf kwam pas in 1939 in beeld. Toen creëerde Robert L. May het het negende rendier. Kinderen kijken elk jaar uit naar de Kerstman vanwege de cadeautjes. Deze cadeautjes moeten worden gemaakt en ingepakt. Dit werk wordt gedaan door de elfjes van de Kerstman. Deze elfjes wonen in zijn huis en maken daar het hele jaar cadeautjes voor de kinderen in alle landen.
Er is dus een grote overeenkomst tussen de Kerstman en Sinterklaas: ze zijn eigenlijk ontstaan uit dezelfde man: Nicolaas van Myra.